vrijdag 16 juni 2017

5/11 juni 1217 - Boete bij het hoofd van Mattheus

Lang niet alles wat onderweg gebeurt wordt gelijk duidelijk uit het verslag van onze anonieme pelgrim. Vaak moet je tussen de regels doorlezen of extra bronnen raadplegen. Zo is wat er bij de abdij van Saint Mathieu gebeurt alleen te begrijpen als je weet welk wonder juist heeft plaatsgevonden:

Wij gingen pas de volgende dag (5 juni) met de graaf van Holland op weg naar Bretagne en bereikten op woensdag (7 juni) de haven van Sint-Mattheüs, waar voor de tweede maal de verordeningen werden voorgelezen en het gehele leger zich verplichtte de wetten te onderhouden.
De zondag daarna (11 juni) werd de leiding omgewisseld: de graaf van Holland kreeg het gezag over de voorhoede, de maarschalk van Keulen dat over de achterhoede.

Het wonder met de drijvende hostie maakt diepe indruk op de pelgrims. God zelf heeft nu laten zien dat het hem menens is. De Kruistocht is een heilige onderneming en iedereen die daar lichtzinnig over denkt zal zwaar gestraft worden. Daarom gaat de hele vloot voor anker in de haven van Saint Mathieu. Vanaf een smal strandje klimt het leger over een in de rotsen uitgehouwen trap omhoog naar de abdij bovenop de rotspunt. Daar zal in het open veld en op Oudtestamentische wijze boete gedaan worden. De zonde van één man heeft het hele leger getroffen en dus moet ook iedereen boete doen. 

Per schip verzamelen de pelgrims zich rond hun priester. Er wordt gebiecht en nadat vergeving ontvangen is neemt iedereen deel aan de mis en legt iedereen opnieuw een eed van gehoorzaamheid af. Voor graaf Georg heeft het ongeluk nog extra gevolgen. Omdat de ongehoorzame priester in zijn gevolg meevoer, raakt hij het bevel over de voorhoede kwijt. Vanaf nu zal Willen als opperbevelhebber de vloot aanvoeren en de achterhoede komt onder bevel van de Keulse maarschalk Herman van Alfter. 
 
Hiermee is de geestelijke orde hersteld. Gods zegen kan weer op de expeditie rusten en de pelgrims kunnen weer als eedgenootschap hun goddelijke taak uitvoeren. Toch vaart de vloot niet gelijk uit. Mogelijk is de wind ongunstig. Er zal extra water ingeslagen worden en de pelgrims bezoeken de Benedictijner abdij waar het hoofd van de Evangelist Mattheus als reliek bewaard wordt.

Pas op zondag 11 juni vaart de vloot weer uit. De koggen laten het land achter zich en varen de volle zee op, dwars door de Golf van Biskaje richting A Coruña, waar de relieken van een volgende apostel op de pelgrims wacht.

(Pointe Saint-Mathieu met de ruïne van de Benedictijner abdij.)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten